Rechtbank Noord-Nederland 30-09-2024, ECLI:NL:RBNNE:2024:4464

Datum publicatie15-11-2024
Zaaknummer196484
ProcedureVoorlopige voorziening
ZittingsplaatsLeeuwarden
RechtsgebiedenCiviel recht; Personen- en familierecht
TrefwoordenFamilieprocesrecht; Vovo art. 822 Rv
Wetsverwijzingen

Inhoudsindicatie

Partijen hebben zeer grote woning maar komen niet tot een tijdelijke verdeling van de te gebruiken vertrekken. Doordat de woning zo groot is is het mogelijk dat zij gezamenlijk in de woning kunnen verblijven waarbij zij elkaar nauwelijks tegen hoeven te komen. Om die reden worden de verzoeken om exclusief gebruik afgewezen. Vanwege de incidenten die hebben plaatsgevonden is het wel belangrijk dat zij elkaar wel zo min mogelijk treffen in de woning en dat het aantal ruimtes die zij gezamenlijk gebruiken beperkt moet zijn.

Volledige uitspraak


RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling Privaatrecht

Locatie Leeuwarden

Zaak-/rekestnummer: C/17/196484 / FA RK 24-1829

beschikking voorlopige voorzieningen van de enkelvoudige familiekamer d.d. 30 september 2024

inzake

[de vrouw] ,

wonende te [woonplaats] ,

hierna te noemen de vrouw,

advocaat mr. W.L.J. Fernhout, kantoorhoudende te Heerenveen,

tegen

[de man] ,

wonende te [woonplaats] ,

hierna te noemen de man,

advocaat mr. E.J. Jongsma, kantoorhoudende te Leeuwarden.

1Het procesverloop

1.1.

De vrouw heeft zich tot de rechtbank gewend met een verzoekschrift strekkende tot het treffen van voorlopige voorzieningen als bedoeld in art. 822 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv), ingekomen op 4 september 2024.

1.2.

De man heeft een verweerschrift tevens zelfstandig verzoek ingediend, ingekomen op 11 september 2024.

1.3.

Nadien heeft de rechtbank kennis genomen van een F9-formulier met bijlagen namens de vrouw, ingekomen op 13 september 2024.

1.4.

De zaak is mondeling behandeld op de zitting van 17 september 2024. Verschenen en gehoord zijn partijen, bijgestaan door hun advocaten. Ter zitting is een oplossig in der minne beproeft, maar zonder enig resultaat.

1.5.

Ter zitting heeft de man een plattegrond van de woning overgelegd waaruit de verdeling van ruimtes volgt zoals het nu is.

2Vaststaande feiten

2.1.

Partijen zijn op [datum huwelijk] op huwelijkse voorwaarden met elkaar gehuwd. Uit het huwelijk zijn geen kinderen geboren.

2.2.

De vrouw is van mening dat het huwelijk duurzaam is ontwricht. Zij is voornemens om een echtscheidingsverzoek bij de rechtbank in te dienen.

2.3.

Tot het gezamenlijk eigendom van partijen behoort een boerderij (landgoed). De boerderij staat sinds eind 2023 te koop.

2.4.

Partijen verblijven nu gezamenlijk in de woning, waarbij ieder zijn eigen privé ruimtes heeft en (in ieder geval) de eetkamer, woonkamer, (grote) keuken, de bijkeuken en hal gezamenlijk wordt gedeeld. In juli en in september 2024 heeft zich een incident voorgedaan, waarbij politie is betrokken.

3Verzoeken

3.1.

De vrouw heeft verzocht om in het kader van voorlopige voorzieningen artikel 822 Rv, bij beschikking en voor de duur van het geding, te bepalen dat de vrouw bij uitsluiting gerechtigd is tot het gebruik van de (complete) echtelijke woning, staande en gelegen aan de [adres echtelijke woning] .

3.2.

De man heeft verzocht de verzoeken van de vrouw af te wijzen en bij zelfstandig verzoek verzocht om bij beschikking voor de duur van de procedure en met ingang van heden:

- primair te bepalen dat partijen de woning aan de [adres echtelijke woning] , totdat deze woning is verkocht, blijven delen, waarbij ieder van partijen zijn/haar eigen privé vetrekken gebruikt en niet in de privé vertrekken van de andere partij komt en de gezamenlijke privé ruimten (keuken) toegankelijk zijn voor beide partijen, waarbij de vrouw haar praktijk elders voortzet, dan wel alleen de kleine praktijkruimte zal gebruiken, dan wel zodanig te beslissen zoals de rechtbank zal vermenen te behoren;

- subsidiair, te bepalen dat de man bij uitsluiting gerechtigd zal zijn tot het gebruik van de echtelijke woning te [adres echtelijke woning] , met het bevel dat de vrouw deze woning dient te verlaten en niet verder mag betreden, met machtiging vaan de man deze beschikking zo nodig ten uitvoer te doen leggen met behulp van de sterke arm van politie en justitie, dan wel zodanig te beslissen als de rechtbank in goede justitie zal vernemen te behoren.

3.3.

De vrouw heeft bij bericht van 13 september 2024 haar verzoek aangevuld met een subsidiair verzoek, inhoudende te bepalen dat partijen de woning aan de [adres echtelijke woning] , totdat deze woning is verkocht, blijven delen, waarbij ieder van partijen zijn/haar eigen privé vetrekken gebruikt en niet in de vertrekken van de andere partij zal komen. Als vertrekken van de man worden aangemerkt de op de als productie 1 bijgevoegde plattegrond genoemde vertrekken met JW. Als vertrekken van de vrouw worden aangemerkt genoemde vertrekken met LM. De vertrekken met G kunnen als gemeenschappelijk gebruik worden aangemerkt. De kosten die gemoeid zijn om deze vetrekken als zodanig in te richten, dienen door partijen bij helfte te worden gedragen.

4Standpunten van partijen

4.1.

De vrouw heeft ter onderbouwing van haar verzoek aangevoerd dat de situatie tussen partijen is geëscaleerd wegens meningsverschillen over de afwikkeling van de huwelijksvoorwaarden. Volgens de vrouw heeft de man in juli 2024 haar geduwd en bedreigd en heeft de man op 2 sept 2024 een deur geblokkeerd en haar lastiggevallen. De politie en de dominee zijn vervolgens betrokken geraakt bij de situatie. De vrouw ervaart veel spanningen van de situatie en voelt zich onveilig waardoor zij haar werk vanuit huis, als psychologe en lichaamsgerichte therapeute, niet goed kan uitoefenen. De vrouw heeft in eerste instantie verzocht dat zij bij uitsluiting van de man gerechtigd zal zijn tot de gehele woning. Ter zitting heeft de vrouw haar nader ingediende subsidiaire verzoek toegelicht en aangegeven dat zij bereid is om de woning, totdat deze is verkocht, te blijven delen met de man mits het gebruik van de ruimtes in de woning op een andere wijze door partijen zal worden verdeeld. De vrouw heeft hierbij verwezen naar de door haar overgelegde plattegrond met daarop de vermelde verdeling.

De vrouw heeft er vanwege haar werk belang bij dat zij alleen het gebruik krijgt over de (grote) keuken en de eetkamer annex woonkamer. Die laatste ruimte gebruikt de vrouw ook als grote praktijkruimte. De man kan in plaats hiervan de huidige slaapkamer van de vrouw naast de voordeur in gebruik krijgen. Door verder een muurtje halverwege de hal te plaatsen en een glazen deur te vervangen die de (kleine) woonkamer van de man en de grote hal scheidt, hoeven partijen elkaar nauwelijks (behalve in de bijkeuken waar de wasmachine staat) meer tegen te komen.

4.2.

De man heeft verweer gevoerd en ontkent dat hij agressief heeft gereageerd naar de vrouw. Volgens de man maken partijen al 3 jaar gezamenlijk gebruik van de (grote) keuken en woonkamer c.q. grote praktijkruimte en ziet hij geen reden om dat te wijzigen, te meer omdat er ook gegadigden voor de woning zijn, en de situatie nog maar tijdelijk zal zijn. Volgens de man kunnen partijen prima samen tijdelijk in de woning verblijven en gezamenlijk gebruik maken van de (grote) keuken en woonkamer.

De man heeft 3% visus en kan pas op 50 centimeter nabijheid iets opmerken. Hij weet nu waar alles staat en is dat zo gewend. Volgens de man is de apparatuur in de grote keuken fijner dan de apparatuur in de kleine keuken. Verder meent de man dat hij toegang tot de centrale hal moet blijven houden omdat de man toegang tot de meterkast van woning moet kunnen houden. Daarnaast vindt de man vanwege de tijdelijke situatie, het zonde van het geld en het werk om halverwege de hal een muurtje te laten aanbrengen en een glazen deur te laten vervangen. Indien deze aanpassingen wel nodig zijn, dan acht de man het redelijk dat de kosten hiervoor voor rekening van de vrouw zullen komen, nu zij deze aanpassingen wenst.

5Beoordeling

5.1.

De rechter kan op grond van artikel 822 Rv bij beschikking voor de duur van het geding een aantal voorlopige voorzieningen treffen. Dit betekent dat in deze procedure de beslissing van de rechtbank slechts een ordemaatregel met een tijdelijk karakter is, ter overbrugging naar een definitieve situatie. Daarbij past een marginale toetsing, waarbij de rechtbank slechts op hoofdlijnen een beslissing neemt.

5.2.

Partijen zijn gezamenlijk eigenaar van de woning. Als uitgangspunt geldt dan ook dat zij ieder evenveel recht hebben op het uitsluitend gebruik van de woning. De rechtbank constateert dat het om een woning gaat met een zeer groot woonoppervlak, die op de begane vloer over een groot aantal ruimtes beschikt, en waarbij er ook vertrekken op de eerste verdieping aanwezig zijn. De woning beschikt over twee keukens, twee woonkamers, vier badkamers en zes slaap/werkkamers. Partijen zijn slechts met zijn tweeën. Dit maakt het mogelijk dat partijen gezamenlijk in de woning kunnen verblijven waarbij zij elkaar nauwelijks tegen hoeven te komen. In onderling overleg, ook ter zitting, zijn partijen echter niet tot een verdeling gekomen ondanks dat de aanzienlijke oppervlakte van de woning daarvoor diverse mogelijkheden biedt. De rechtbank ziet dan ook aanleiding om het primaire verzoek van de vrouw en het subsidiaire verzoek van de man, waarbij door beiden is verzocht bij uitsluiting van de ander gerechtigd te zijn tot de (complete) woning, af te wijzen. Naar het oordeel van de rechtbank is er gelet op de mogelijkheden om de woning te delen geen sprake van een spoedeisend belang bij betreffende verzoeken.

5.3.

Vanwege de incidenten die hebben plaatsgevonden, acht de rechtbank het van belang dat partijen elkaar wel zo min mogelijk treffen in de woning en dat het aantal ruimtes die zij gezamenlijk gebruiken beperkt moet zijn. Het voorstel van de man leidt ertoe dat de (grote) keuken, de eetkamer annex woonkamer (ook in gebruik als de grote praktijkruimte) en de centrale hal gezamenlijk door partijen worden gebruikt. Het voorstel van de vrouw brengt mee dat partijen alleen de bijkeuken (waar ook de wasmachine staat) en de hal naar boven gezamenlijk hoeven te gebruiken. De rechtbank acht het voorstel van de vrouw het meest wenselijk aangezien partijen op deze wijze elkaar zo min mogelijk tegen kunnen komen. Het argument van de man dat hij altijd in de meterkast aanwezig moet zijn, passeert de rechtbank nu dit geen woonvertrek is waar een bewoner dagelijks gebruik van moet maken. Ook het argument van de man dat de keukenapparatuur in de grote keuken fijner is dan die in de kleine keuken, is geen reden om te komen tot een andere verdeling.

5.4.

Gelet op voorgaande zal de rechtbank het subsidiaire verzoek van de vrouw toewijzen. Dit heeft tot gevolg dat er sprake zal zijn van een dusdanig gebruik van de woning, zoals is aangegeven op de bijlage, die aan de beschikking zal zijn gehecht, en waarbij 'LM' de vrouw is, 'JM' de man is en 'G' voor gezamenlijk gebruik staat. Daarnaast zal de rechtbank beslissen dat bij eventuele bouwkundige aanpassingen in de woning de kosten daarvan bij helfte tussen partijen zal worden verdeeld, nu partijen gezamenlijk eigenaar van de woning zijn.

6Beslissing

De rechtbank:

6.1.

gelast voorlopig, totdat hieromtrent een nadere beslissing van kracht wordt, het gebruik van de woning zoals is aangegeven op de bijlage, aangehecht aan de beschikking,

6.2.

bepaalt dat de kosten van eventuele (bouwkundige) aanpassingen in de woning bij helfte tussen partijen zal worden verdeeld;

6.3.

wijst af het meer of anders verzochte.

Deze beschikking is gegeven door mr. G.J. Baken, rechter, bijgestaan door de griffier en in het openbaar uitgesproken op 30 september 2024.

(fn:902)



© Copyright 2009 - 2024 XS2Knowledge b.v. - KVK: 24486465 - Telefoon: 085 744 0 733