Datum publicatie | 17-01-2025 |
Zaaknummer | C/16/576148 / FO RK 24-670 |
Procedure | Beschikking |
Zittingsplaats | Utrecht |
Rechtsgebieden | Civiel recht; Personen- en familierecht |
Trefwoorden | Kinderen; Zorgregeling / omgang / informatie; Jeugdbescherming / Jeugdwet; Familieprocesrecht |
Wetsverwijzingen |
Inhoudsindicatie
Aanhouding omgangsprocedure tussen ouders in verband met verleende MUHP bij de vader. Rechtbank overweegt terug te komen op beslissing om de GI niet aan te merken als belanghebbende: de taak en de verplichtingen van de GI lijken rechtstreeks de procedure tussen de ouders te raken. Brief van oudste kind met KJRW om te worden gehoord. Plannen van kindgesprek verloopt zeer moeizaam. Het kind wordt door de gang van zaken door de ouders verantwoordelijk gemaakt voor ‘de goede’ uitkomst waardoor hij in onmogelijke positie staat.
Volledige uitspraak
Familierecht
locatie Utrecht
zaaknummer: C/16/576148 / FO RK 24-670
Gezag en omgang
Beschikking van 20 december 2024
in de zaak van:
[de moeder] ,
wonende in [woonplaats] ,
hierna te noemen: de moeder,
advocaat mr. P. Crans,
tegen
[de vader] ,
wonende in [woonplaats] ,
hierna te noemen: de vader,
advocaat M. Tijseling.
met als informant:
de gecertificeerde instelling Samen Veilig Midden-Nederland,
gevestigd te Utrecht,
hierna te noemen: de GI.
1De procedure
De rechtbank heeft de verzoeken gelijktijdig behandeld met het verzoek van de GI tot de verlenging van de ondertoezichtstelling van de kinderen (bekend bij de rechtbank onder zaaknummer: C/16/577821 / JE RK 24-1113). Met instemming van de advocaten heeft de rechtbank besloten dat de stukken over en weer in beide dossiers zijn ingediend, gelet op de samenhang.
De rechtbank heeft de volgende stukken ontvangen:
-
het verzoekschrift van de moeder (met producties 1 tot en met 4) van 27 mei 2024, ontvangen op 6 juni 2024;
-
het bericht van de moeder (met producties 1 en 5) van 20 juni 2024;
-
het verzoekschrift met bijlagen van de GI, ontvangen op 5 juli 2024;
-
het bericht van de moeder (met producties 6 tot en met 51) van 15 juli 2024, ontvangen op 16 juli 2024;
-
het bericht van de GI met bijlagen van 2 augustus 2024;
-
het Evaluatie en vervolgplan van de GI, van 28 augustus 2024;
-
het bericht van de vader (met producties 1 tot en met 3) van 30 augustus 2024;
-
het verweerschrift van de vader ten aanzien het verzoek van de moeder tot het wijzigen en aanvullen van de zorgregeling, tevens houdende een zelfstandig verzoek (met producties 1 tot en met 5) van 30 augustus 2024;
-
het bericht van de vader (met productie 6) van 30 augustus 2024, ontvangen op 2 september 2024;
-
het bericht van de Kinder- en Jongerenrechtswinkel Utrecht van 2 september 2024;
-
het bericht met bijlagen van de GI van 3 september 2024.
De verzoeken zijn besproken tijdens de mondelinge behandeling (zitting) van 4 september 2024. Daarbij waren aanwezig:
-
de moeder bijgestaan door haar advocaat;
-
de vader bijgestaan door zijn advocaat;
-
[A] en [B] , namens de GI;
-
[C] , namens de Raad voor de Kinderbescherming (hierna: de Raad).
Het bericht van de Kinder- en Jongerenrechtswinkel van 2 september 2024 is besproken ter zitting. Gebleken is dat [minderjarige 1] een brief naar de rechtbank heeft gestuurd over de verdeling van zorg en opvoedingstaken. Deze brief had de kinderrechter nog niet bereikt. Ter zitting heeft de rechtbank besloten [minderjarige 1] uit te nodigen voor een kindgesprek en met partijen afgesproken dat [D] , de begeleider van [minderjarige 1] van Invivo, bij dit gespek aanwezig zal zijn. Over de verdere procesgang is bepaald dat de rechtbank een samenvatting zal sturen naar (de advocaten van) de ouders en de GI. Zij hebben vervolgens elk de mogelijkheid gekregen schriftelijk op de samenvatting te reageren Daarbij is aangegeven dat berichten van een andere strekking of reacties op de berichten van de andere partijen zijn niet toegestaan en buiten beschouwing worden.
Na afloop van de zitting heeft de rechtbank [minderjarige 1] uitgenodigd voor een gesprek op 18 september 2024. Vervolgens heeft de rechtbank van de GI vernomen dat de begeleider van Invivo niet beschikbaar was op deze datum. De rechtbank heeft daarom besloten om het kindgesprek naar vrijdag 27 september 2024 te verplaatsen. Vervolgens heeft de rechtbank een bericht van de vader ontvangen dat [minderjarige 1] op die dag meedoet aan een televisieprogramma en [minderjarige 1] daarom niet kan op 27 september 2024. Naar aanleiding van verschillende berichten van de ouders en door onvoorziene omstandigheden aan de zijde van de rechter, heeft de rechter het gesprek verplaatst naar dinsdag 1 oktober 2024. Hierna heeft de rechter vernomen dat [minderjarige 1] 1 oktober 2024 een schoolreisje zou hebben en deze datum dus niet geschikt is voor een kindgesprek. De rechtbank heeft vervolgens het gesprek met [minderjarige 1] verzet naar 18 oktober 2024, maar kreeg hierna opnieuw een berichten van de advocaten dat [minderjarige 1] dan verhinderd is en op die dag zijn kinderfeestje zal vieren. De rechtbank heeft hierna de verhinderdata opgevraagd van partijen en een kindgesprek gepland op 5 november 2024.
De rechter heeft gedurende het plannen van het kindgesprek verschillende mails ontvangen van partijen die niet alleen betrekking hadden op het plannen van een nieuw kindgesprek, maar ook over de gang van zaken rondom het kindgesprek en inhoudelijke informatie over de procedure. De rechtbank zal deze stukken niet meenmen in haar oordeel. De rechtbank zal hieronder een overzicht geven van de stukken die zij heeft ontvangen in verband met het plannen van een kindgesprek voor [minderjarige 1] .
-
het bericht van de GI van 2 september 2024;
-
het bericht van de vader van 17 september 2024;
-
de brief van de (advocaat van de) moeder van 19 september 2024;
-
de brief (met bijlagen 1 tot en met 10) van de (advocaat van de) moeder van 25 september 2024;
-
het bericht van de (advocaat van de) moeder van 25 september 2024;
-
het bericht (met bijlagen) van de (advocaat van de) moeder van 25 september 2024;
-
het bericht van de (advocaat van de) moeder van 26 september 2024;
-
het bericht van de (advocaat van de) vader van 26 september 2024;
-
het bericht van de (advocaat van de) moeder van 27 september 2024;
-
het bericht van [A] van de GI van 1 oktober 2024;
-
het bericht met bijlagen van de moeder van 2 oktober 2024;
-
het bericht van [B] van de GI van 3 oktober 2024;
-
het bericht van de GI van 3 oktober 2024;
-
het bericht van de vader van 3 oktober 2024.
De rechtbank heeft naar aanleiding van de verhinderdata een kindgesprek gepland en [minderjarige 1] gevraagd wat hij wil vertellen over de contactregeling en de mogelijke veranderingen. [minderjarige 1] heeft op dinsdag 5 november 2024 met de (kinder)rechter gesproken. [D] , de begeleider van [minderjarige 1] vanuit Invivo, was bij dit gesprek aanwezig.
De rechtbank heeft na de zitting de volgende (nog relevante) stukken ontvangen:
-
de brief die [minderjarige 1] met behulp van de Kinder- & Jongerenrechtswinkel heeft gestuurd van 2 september 2024, ontvangen op 6 september 2024;
-
het bericht van de GI met de reactie op het kindgesprek met [minderjarige 1] van 15 november 2024;
-
de brief van de moeder (met bijlagen) met de reactie op het kindgesprek met [minderjarige 1] , van 18 november 2024;
-
het bericht van de vader met de reactie op het kindgesprek met [minderjarige 1] en een beknopte samenvatting van het traject bij Invivo en de gebeurtenissen die hier van op invloed waren, van 18 november 2024;
-
het bericht van de GI (met bijlage) van 21 november 2024;
-
de brief van de moeder (met bijlage) van 26 november 2024.
De rechtbank zal het bericht van de GI van 21 november 2024 en het bericht van de moeder van 26 november 2024 niet meenemen in haar beoordeling. Na de zitting is de betrokkenen de mogelijkheid geboden om te reageren op de samenvatting van het kindgesprek. Daarbij is vermeld dat dat berichten van een andere strekking of reacties op de berichten van de andere partijen zijn niet toegestaan en buiten beschouwing worden gelaten. Ten aanzien van het bericht van de vader van 18 november 2024, zal de informatie die geen betrekking heeft op het kindgesprek eveneens buiten beschouwing worden gelaten.
De rechtbank heeft via een brief van de advocaat van de moeder van 6 december 2024 vernomen dat er op 4 december 2024 een spoedmachtiging tot de uithuisplaatsing van [minderjarige 1] , [minderjarige 2] en [minderjarige 3] bij de ouder met gezag (de vader) is toegewezen.
2Waar de procedure over gaat
De ouders hebben een relatie met elkaar gehad.
Zij hebben samen drie kinderen:
[minderjarige 1] , geboren op [2014] in [geboorteplaats] ;
[minderjarige 2] , geboren op [2016] in [geboorteplaats] ;
[minderjarige 3] , geboren op [2019] in [geboorteplaats] .
De kinderen hebben hun hoofdverblijfplaats bij de moeder.
De ouders hebben samen het gezag over [minderjarige 1] , [minderjarige 2] en [minderjarige 3] . Dat betekent dat zij samen de belangrijke beslissingen over hen nemen.
[minderjarige 1] , [minderjarige 2] en [minderjarige 3] staan onder toezicht van de GI sinds 7 maart 2022. De ondertoezichtstelling is daarna steeds verlengd, voor het laatst tot 7 september 2025.
De rechtbank heeft in de tussenbeschikking van 7 maart 2022 als voorlopige zorgregeling vastgelegd dat [minderjarige 1] , [minderjarige 2] en [minderjarige 3] minimaal een weekend per twee weken van vrijdag uit school tot zondag 18.00 uur bij de vader verblijven. Nadien is de zorgregeling in overleg met de GI uitgebreid zodat de kinderen eens per veertien dagen vanaf donderdag uit school tot zondagavond bij de vader, verbleven.
Bij beschikking van 22 maart 2023 heeft de kinderrechter vervolgens de volgende zorgregeling vastgesteld:
- [minderjarige 3] , [minderjarige 2] en [minderjarige 1] verblijven bij de vader: een keer per 14 dagen van woensdag uit school tot maandag naar school en de helft van de schoolvakanties en feestdagen, in onderling overleg te verdelen.
De moeder verzoekt de zorgregeling zoals die is vastgesteld bij beschikking van deze rechtbank van 22 maart 2023 te wijzigen en aan te vullen in die zin dat:
I. [minderjarige 1] , [minderjarige 2] en [minderjarige 3] eenmaal per 14 dagen van vrijdag 14.00 uur tot zondag 18:00 uur bij de man verblijven, waarbij de moeder de kinderen bij de vader brengt en weer bij de vader ophaalt;
II. Een regeling voor de schoolvakanties vast te stellen in die zin dat reguliere zorgregeling zoals hiervoor onder I. gegeven doorloopt met uitzondering van de volgende schoolvakanties en feestdagen, zoals de kerstvakantie, de zomervakantie, de Kerstdagen, de Paasdagen, Koningsdag, Vader- en Moederdag;
III. Voor de kerstvakantie geldt dat de kinderen in de even jaren de eerste week vanaf vrijdag 16:00 uur tot de vrijdag daarop om 16:00 uur bij de moeder verblijven en in de tweede week van vrijdag 16:00 uur tot de vrijdag daarop 16:00 uur bij de man en in de oneven jaren andersom;
IV. De kinderen in de zomervakantie de eerste twee weken bij de moeder verblijven, de derde week bij de man, de vierde en de vijfde week bij de moeder en de zesde (tevens laatste week) bij de man, een ander zoals hiervoor onder 18b ii aangegeven;
V. Voor wat betreft de feestdagen die zo te verdelen dat de kinderen de even jaren de eerste Kerst- en Paasdag bij de moeder verblijven en de tweede Kerst- en Paasdag bij de man en in de oneven jaren andersom van 18.00 uur vóór de feestdag tot 18.00 uur op de feestdag zelf;
VI. Op Koningsdag verblijven de kinderen in de oneven jaren vanaf de avond daarvoor om18.00 uur tot 18.00 uur op Koningsdag zelf bij de moeder en in de even jaren andersom bij de man;
VII. De oneven verjaardagen van de kinderen verzorgt de man het kinderfeestje op zijn zorgdagen en op de even verjaardagen van de kinderen de moeder, waarbij de één de ander toestaat 2 uur bij dat kinderfeestje aanwezig te zijn;
VIII. De kinderen verblijven op hun verjaardag bij de ouder bij wie zij ingevolge de zorgregeling zijn, waarbij de andere ouder de gelegenheid krijgt het jarige kind te feliciteren en 2 uur daarbij aanwezig te zijn;
IX. De kinderen op de verjaardag van moeder en op Moederdag van 10:00 tot 18:00 uur bij de moeder zijn als zij in dat weekend bij de man verblijven, als zij ingevolge de reguliere regeling bij de man zijn;
X. De kinderen op de verjaardag van vaderen op Vaderdag van 10:00 tot 18:00 uur bij de man zijn, als zij ingevolge de reguliere regeling bij de moeder verblijven.
De vader is het niet eens met het verzoek van de moeder en verzoekt de rechtbank de moeder niet-ontvankelijk te verklaren, dan wel om haar verzoeken af te wijzen. De vader verzoekt de rechtbank om de zorgregeling zoals die is bepaald bij beschikking van deze rechtbank van 22 maart 2023 te wijzigen en een zorgregeling vast te stellen in die zin dat:
-
de kinderen week op week af van zondag 18.00 uur tot zondag 18.00 uur bij de ouders verblijven, waarbij de kinderen in de oneven weken bij de vader verblijven en in de even weken bij de moeder verblijven en waarbij de overdracht plaats vindt bij de woning van de ouders;
-
de schoolvakanties gelijkelijk worden verdeeld volgens de gebruikelijke jaarlijkse schoolagenda en niet volgens de agenda van de Rijksoverheid. Als vakanties aansluiten op de bestaande omgang met een ouder krijgt die ouder voorrang op het eerste gedeelte van de vakantie. De verdeling van zomervakantie wordt in januari besproken, met een maximum van twee weken aaneengesloten, en uiterlijk in februari vastgelegd;
-
de feestdagen en bijzondere dagen vast te stellen conform het voorstel dat de vader heeft neergelegd in het door hem voorgestelde ouderschapsplan (productie 5 van de vader);
-
de kinderen worden gebracht door de ouder waar de kinderen op dat moment verblijven.
De GI heeft gereageerd op het verzoek van de moeder en adviseert de rechtbank het verzoek van de moeder af te wijzen en de verdeling van de zorg- en opvoedtaken zoals in de beschikking van 22 maart 2023 is vastgesteld, aan te vullen met een verdeling van vakanties, feestdagen en verjaardagen. De volgende regeling vindt de GI in het belang van [minderjarige 1] , [minderjarige 2] en [minderjarige 3] :
-Reguliere zorgregeling:
- De kinderen zijn één week per 14 dagen van woensdag uit school tot maandag naar school bij de vader. De hoofdverblijfplaats van de kinderen is bij moeder, of; De kinderen zijn één week per 14 dagen van dinsdag 18:00 uur tot zondag 18:00 uur bij vader. De hoofdverblijfplaats van de kinderen is bij moeder.
-Vakanties:
Even jaren:
-
Voorjaarsvakantie zijn de kinderen bij vader.
-
Meivakantie zijn de kinderen de eerste week bij moeder en de tweede week bij vader. De vakantie start op vrijdag uit school en de overdracht is op zondagochtend 10:00 uur.
-
Zomervakantie:
o De kinderen zijn bij moeder: De eerste week van vrijdag uit school tot de eerstvolgende vrijdag om 10:00 uur. Woensdag in de tweede week vanaf 18:00 uur tot vrijdag in de vierde week tot 18:00 uur.
o De rest van de zomervakantie zijn zij bij hun vader. Vader brengt de kinderen aan het eind van de zomervakantie naar school.
-
Herfstvakantie zijn de kinderen bij moeder.
-
Kerstvakantie, eerste week bij vader, tweede week bij moeder. De vakantie start op vrijdag uit school, wissel is op zondagochtend 10:00 uur (tenzij feestdagen op deze wisseldag vallen, dan worden feestdagen aangehouden).
Oneven jaren:
-
Voorjaarsvakantie zijn de kinderen bij moeder.
-
Meivakantie zijn de kinderen de eerste week bij vader en de tweede week bij moeder. De vakantie start op vrijdag uit school en de overdracht is op zondagochtend 10:00 uur.
-
Zomervakantie:
o De kinderen zijn bij moeder: De eerste week van vrijdag uit school tot de eerstvolgende vrijdag om 10:00 uur, en vanaf woensdag in de tweede week om 18:00 uur tot vrijdag in de vierde week tot 18:00 uur.
o De rest van de zomervakantie zijn zij bij hun vader. Vader brengt de kinderen aan het eind van de zomervakantie naar school.
-
Herfstvakantie zijn de kinderen bij vader.
-
Kerstvakantie, eerste week bij moeder, tweede week bij vader. De vakantie start op vrijdag uit school, de wissel is op zondagochtend 10:00 uur (tenzij feestdagen op deze wisseldag vallen, dan worden feestdagen aangehouden).
-Feestdagen:
Even jaren:
-
Vader: Kerstavond uit school of vanaf 14:00 uur, eerste Kerstdag, eerste paasdag vanaf 9:00 uur, eerste pinksterdag vanaf 10:00 uur, Koningsdag vanaf de dag ervoor 18:00 uur, Hemelvaart vanaf 9:00 uur.
-
Moeder: Tweede Kerstdag vanaf 10:00 uur, Oud & Nieuw (incl. verjaardag [minderjarige 2] ) tot 18:00 uur op 1 januari, tweede paasdag vanaf 10:00 uur, tweede pinksterdag vanaf 10:00 uur. Bevrijdingsdag vanaf 10:00 uur.
Oneven jaren:
-
Vader: Tweede Kerstdag vanaf 10:00 uur, Oud & Nieuw (incl. verjaardag [minderjarige 2] ) tot 18:00 op 1 januari, tweede paasdag vanaf 10:00 uur, Bevrijdingsdag vanaf 9:00 uur, tweede pinksterdag vanaf 9:00 uur.
-
Moeder: Kerstavond uit school of vanaf 14:00 uur, eerste Kerstdag, eerste paasdag vanaf 10:00 uur, eerste pinksterdag vanaf 10:00 uur, Koningsdag vanaf de dag ervoor 18:00 uur, Hemelvaart vanaf 10:00 uur.
-Verjaardagen:
-
Vader: 27 februari, kinderen zijn bij vader vanaf 26 februari om 18:00 uur tot 28 februari naar school of tot 28 februari 10:00 uur.
-
Moeder: 9 maart, kinderen zijn bij moeder van 8 maart 18:00 uur tot 10 maart naar school of tot 10 maart 10:00 uur.
-
[minderjarige 1] : 29 oktober, even jaren zijn de kinderen bij moeder, oneven jaren zijn de kinderen bij vader. In beide gevallen vanaf 28 oktober van 18:00 uur tot 30 oktober naar school of tot 10:00 uur.
-
[minderjarige 2] : 30 december, de kinderen verblijven bij de ouder waarmee zij Oud & Nieuw vieren.
-
[minderjarige 3] : 3 april, even jaren zijn de kinderen bij moeder, oneven jaren zijn de kinderen bij vader. In beide gevallen vanaf 28 oktober van 18:00 uur tot 4 april naar school of tot 4 april 10:00 uur.
-
Waarbij het de andere ouder uiteraard vrijstaat om de verjaardag van de kinderen op een dag te vieren dat de kinderen bij die ouder zijn.
Bij alle overdrachten brengt de ouder waar de kinderen op dat moment bij zijn, naar de andere ouder.
3De beoordeling
Vooraf: Positie gecertificeerde instelling in de procedure tussen ouders
Ter terechtzitting heeft de rechtbank aangegeven dat de GI niet als belanghebbende kan worden aangemerkt gelet op de uitspraak van de Hoge Raad 12 juli 2024, ECLI:NL:HR:2024:1079. De kinderrechter overweegt terug te komen op deze beslissing. De belangrijkste ontwikkelingsbedreiging van de kinderen is gelegen in de verdeling van zorg en opvoedingstaken alsmede in de gevolgen die de kinderen daarvan ondervinden. De taak en de verplichtingen van de GI in dit gezin lijken rechtstreeks de procedure tussen ouders te raken. De rechtbank overweegt de GI alsnog als belanghebbende aan te merken.
Ouders en de GI kunnen zich daar over uitlaten en de rechtbank zal daarover een week voorafgaand aan de volgende zitting een beslissing nemen.
Nog geen beslissing
De rechtbank nu nog geen definitieve beslissing over de zorgregeling en de vakantie- en feestdagenregeling nemen. De rechtbank zal de beslissing op de verzoeken aanhouden en de verzoeken opnieuw behandelen op de mondelinge behandeling van
Door de verleende machtiging tot uithuisplaatsing van de kinderen is er een nieuwe situatie ontstaan en acht de rechtbank zich onvoldoende voorgelicht om een beslissing te kunnen nemen op de verzoeken. De huidige ontwikkelen zouden immers van invloed kunnen zijn op de zorgregeling en een beslissing op de verzoeken wezenlijk kunnen veranderen.
De rechtbank zal de verzoeken daarom opnieuw behandelen tijdens de mondelinge behandeling van de rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht, in het gerechtsgebouw aan Vrouwe Justitiaplein 1 te Utrecht,
De rechtbank zal ook [minderjarige 1] opnieuw uitnodigen voor een kindgesprek. Hier zal [minderjarige 1] onderstaande uitnodiging voor ontvangen.
Beste [minderjarige 1] ,
Op 5 november 2024 hebben we op de rechtbank met elkaar gepraat. [D] was daarbij. Er was ook een andere mevrouw van de rechtbank, de griffier.
Na dat gesprek is er heel veel gebeurd. Je bent nu veel meer bij je vader en ziet je moeder veel minder.
Omdat er zoveel gebeurd is, ga ik weer met je ouders en de jeugdzorgwerkers ( [A] en [B] ) praten.
Gesprek?
Als je wil kan je weer met mij komen praten. Dat zou dan op
De rechtbank wil ouders erop wijzen dat de hoeveelheid correspondentie rondom het eerdere kindgesprek echt zorgelijk is. Een kindgesprek is geen bewijsmiddel dat ouders kunnen inzetten in hun juridische strijd. Het is een manier voor het kind om de beslissende rechter te ontmoeten en te vertellen wat het kind belangrijk vindt. Voor de rechter is het ook een ontmoeting met een kind dat betrokken is in een procedure. Op deze manier wordt [minderjarige 1] verantwoordelijk gemaakt voor ‘de goede’ uitkomst. Dat is niet de bedoeling van een kindgesprek. De ontmoeting met [minderjarige 1] maakte voor de rechter duidelijk dat [minderjarige 1] in een voor hem onmogelijke positie is geplaatst.
Hierna volgt de beslissing. De rechtbank gebruikt hier de begrippen uit de wet.
4De beslissing
De rechtbank:
houdt de beslissing op de verzoeken ten aanzien van de zorgregeling en de vakantie- en feestdagen regeling aan;
roept de ouders en hun advocaten, de Raad en de GI op te verschijnen tijdens de mondelinge behandeling van de rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht, in het gerechtsgebouw aan Vrouwe Justitiaplein 1 te Utrecht, op
met het verzoek aan de (advocaten van de) ouders en de GI om de rechtbank uiterlijk een week voor deze zitting te informeren over de stand van zaken en hoe zij willen dat het verder gaat in deze procedure.
Dit is de beslissing van de rechtbank, genomen door mr. E.A.A. van Kalveen, (kinder)rechter, in samenwerking met mr. M.C. Beens, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 20 december 2024. |
Tegen deze beschikking kan - voor zover er definitief is beslist - door tussenkomst van een advocaat hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De verzoekende partij en verschenen belanghebbenden dienen het hoger beroep binnen de termijn van drie maanden na de dag van de uitspraak in te stellen. Andere belanghebbenden dienen het beroep in te stellen binnen drie maanden na de betekening van deze beschikking of nadat deze hun op andere wijze bekend is geworden. |
© Copyright 2009 - 2025 XS2Knowledge b.v. - KVK: 24486465 - Telefoon: 085 744 0 733